Software

Auteursrecht op het voorbereidende materiaal bij software ontwikkeling


Software wordt beschermd door het auteursrecht. Maar hoe zit het met de bescherming van het voorbereidende materiaal dat uiteindelijk tot de software moet leiden?

Voorbereidend materiaal en de Software richtlijn

Op grond van art. 1 lid 1 van de Softwarerichtlijn worden computerprogramma’s auteursrechtelijk beschermd als werken van letterkunde in de zin van de Berner Conventie voor de bescherming van werken van letterkunde en kunst, en omvat de term ‘computerprogramma’ tevens het voorbereidend materiaal. 

Over het begrip “voorbereidend materiaal” wordt in de considerans van de richtlijn onder punt 7 genoemd dat onder de term computerprogramma eveneens het desbetreffende voorbereidende ontwerp-materiaal wordt verstaan dat tot het vervaardigen van een programma leidt, op voorwaarde dat dit voorbereidende materiaal van dien aard is dat het later tot een dergelijk programma kan leiden.

Recent is de Hoge Raad in een zaak die is aangespannen door Diplomic, een leverancier van tankkaarten, verder ingegaan op de term “voorbereidend materiaal”. Diplomic was van mening dat  Forax inbreuk maakt op de auteursrechten van haar software voor tankkaarten.

De zaak in eerste aanleg en in hoger beroep

Diplomic voert in deze zaak aan dat Forax inbreuk maakt op haar software (DC-Customized Software) die auteursrechtelijk is beschermd. De rechtbank in Den Haag heeft de vordering van Diplomic in eerste aanleg afgewezen. Het Hof komt vervolgens, in hoger beroep, tot het oordeelt dat tussen de uitdrukkingswijzen (als bedoeld in art. 1 lid 2 Softwarerichtlijn) van de Forax-software en de DC-Customized Software onvoldoende overeenstemming bestaat, hetgeen erop wijst dat de Forax-software niet een op het auteursrecht van Diplomic inbreuk makende bewerking vormt van de DC-Customized Software.

Het Hof oordeelt ook dat niet alle in het ontwikkelingsproces vervaardigde producten (versies) behoren tot het voorbereidend materiaal in de zin van de Softwarerichtlijn. Uit punt 7 van de considerans van de Softwarerichtlijn en het arrest SAS/WPL van het HvJEU, zo stelt het Hof, blijkt dat uitsluitend voorbereidend materiaal dat van dien aard is dat het later kan resulteren in een computerprogramma, door de Softwarerichtlijn wordt beschermd. Wanneer er nog een programmeerslag met creatieve stappen moet worden doorlopen om van het voorbereidend materiaal een computerprogramma te maken, kan niet worden gesproken van voorbereidend materiaal dat van dien aard is dat het later kan resulteren in een computerprogramma. Diplomic gaat vervolgens in cassatie bij de Hoge Raad.

De Hoge Raad buigt zich over het voorbereidend materiaal in de zin van de softwarerichtlijn

De Hoge Raad haalt een arrest aan van het HvJEU waarin art. 1 van de Softwarerichtlijn uitgelegd, dat deze richtlijn de uitdrukkingswijzen beschermt van een computerprogramma en het voorbereidend ontwerpmateriaal, die later respectievelijk tot reproductie van het computerprogramma of tot het computerprogramma zelf kunnen leiden. Daaraan, zo motiveert de Hoge Raad, heeft het HvJEU mede ten grondslag gelegd dat het belangrijkste voordeel van de auteursrechtelijke bescherming van computerprogramma’s is dat de bescherming alleen de specifieke uitdrukkingswijze van het werk betreft en aldus andere auteurs in voldoende mate vrijlaat om soortgelijke of zelfs identieke programma’s tot stand te brengen, mits zij zich van plagiaat onthouden. Als de functionaliteit van een computerprogramma auteursrechtelijk zou kunnen worden beschermd, zou bovendien de mogelijkheid worden geboden om ideeën te monopoliseren ten koste van de technische vooruitgang en de industriële ontwikkeling.

Auteursrechtelijke bescherming strekt zich niet zomaar uit tot het voorbereidende materiaal

De Hoge Raad komt tot het oordeel dat de klachten van Diplomic op een onjuiste rechtsopvatting berusten waarbij zij als uitgangspunt nemen dat alle in het ontwikkelingsproces van het computerprogramma vervaardigde producten behoren tot het voorbereidend materiaal in de zin van de Softwarerichtlijn. Anders dan Diplomic aanvoert, heeft het hof geen rechtsregel geschonden door te oordelen dat geen sprake is van ‘voorbereidend materiaal’ in de zin van de Softwarerichtlijn ingeval nog een programmeerslag met creatieve stappen nodig is om van het materiaal een computerprogramma te maken. De klachten falen. Uit deze uitspraak blijkt dat de auteursrechtelijke bescherming op software zich niet zomaar uitstrekt tot het voorbereidend materiaal.