camera-toezicht-door-vve

Plaatsing camera’s door VvE niet in strijd met de AVG


Een bewoonster van een appartement in een flatgebouw is het niet eens met het besluit van de Vereniging van eigenaren (VvE) om een nieuw camerasysteem te plaatsen. De bewoonster heeft de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) vervolgens gevraagd om handhavend op te treden tegen het besluit van de VvE. De AP heeft dit bezwaar ongegrond verklaard. De bewoonster (eiseres) heeft vervolgens beroep ingesteld tegen het besluit van de AP. De rechtbank van Amsterdam buigt zich over deze zaak waarbij de eiseres in het ongelijk wordt gesteld.

Geschatte leestijd: 6 minuten

Bewoonster is het niet eens met cameratoezicht door de VvE

De bewoonster van het appartement in het flatgebouw is als eigenares lid van de VvE. De VvE heeft besloten om het camerasysteem te vernieuwen. De bewoonster is tegen het besluit van de VvE en doet haar beklag bij de AP. De AP heeft in een besluit aan de bewoonster meegedeeld dat er geen normovertreding in de zin van de AVG is vastgesteld. 

Heeft de VvE een gerechtvaardigd belang?

Volgens de AP heeft de VvE een gerechtvaardigd belang bij het plaatsen van de camera’s. Hiermee kan de VvE namelijk haar eigendom beveiligen en dat van personen waarvan de eigendom aan haar zorg is toevertrouwd. De AP neemt in dit besluit mee dat er in het verleden diverse incidenten in dit kader hebben plaatsgevonden.

Is het cameratoezicht proportioneel?

De bewoonster is van mening dat de inzet van het cameratoezicht niet disproportioneel is. De AP is een andere mening toegedaan. De beveiligingscamera’s zijn gericht op de deuren in de toegangshal en brengen de openbare weg niet in beeld. Hiermee wordt er niet meer in beeld gebracht dan noodzakelijk is. De AP bevestigd dat het beschermen van de eigendommen van de VvE en haar bewoners niet op een andere manier is te realiseren. Het recht op privacy van de eiseres weegt niet zwaarder dan het belang van de VvE, zo geeft de AP aan. De inbreuk op de privacy van eiseres bij het passeren van beveiligingscamera’s is slechts beperkt tot de momenten waarin zij zich in de gemeenschappelijke ruimten bevindt. 

Biedt  de VvE voldoende waarborgen?

De AP is mening dat de VvE voldoende waarborgen biedt om het recht op privacy van de bewoners en bezoekers te beschermen. De camerabeelden mogen slechts na toestemming van de politie en tegen betaling worden opgevraagd bij het bedrijf dat de camera’s heeft opgehangen en ze worden voor een maximale duur van zeven dagen opgeslagen. Voorbijgangers worden verder door stickers en een bord geïnformeerd over het cameratoezicht.

Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank schetst het juridische kader waartegen zij het besluit van de AP toets. Het gaat hierbij om de volgende hoofdvragen:

1. De rechtmatigheid van de besluitvorming

2. Is er voldaan aan het noodzakelijkheidsvereiste (proportionaliteit en subsidiariteit)

3. Prevaleert het belang van cameratoezicht boven het privacyrecht van de eiseres.

Rechtmatigheid, proportionaliteit en subsidiariteit

De bestuursrechter toetst de rechtmatigheid van de handelingen van het bestuur aan de AVG. Al in 2012 door de VvE is besloten over een beveiligingsplan dat onder andere de plaatsing van beveiligingscamera’s inhield. In 2018 heeft de VvE deze camera’s vervangen door camera’s met betere gezichtsherkenning. De camera’s zijn geplaatst in alle gemeenschappelijke ruimten van het flatgebouw en zijn gericht op toegangswegen en liften. De rechtbank ziet geen aanleiding om aan deze toelichting te twijfelen. De eiseres wordt daarom niet gevolgd in haar stelling dat de beveiligingscamera’s ook op de openbare weg zijn gericht. Dit standpunt is ook niet nader en feitelijk onderbouwd.

De eiseres wordt ook niet gevolgd in haar stelling dat de beveiligingscamera’s biometrische gegevens kunnen verwerken. De camera’s maken betere gezichtsherkenning mogelijk, maar er is niet gebleken dat met de nieuw geplaatste camera’s biometrische gegevens worden verwerkt. 

De eiseres heeft aangevoerd dat de VvE tot minder vergaande beveiligingsmaatregelen had kunnen besluiten. Bijvoorbeeld door betere sloten te installeren en door een bewonersprotocol op te stellen en op de naleving ervan toe te zien. De rechtbank is van oordeel dat de manier van beveiliging van haar eigendommen door de VvE niet op een andere, minder ingrijpende manier kan worden gerealiseerd. Naar het oordeel van de rechtbank wordt door de VvE voldaan aan de vereisten van proportionaliteit en subsidiariteit.

Het privacyrecht prevaleert niet in deze situatie

De rechtbank acht het van belang dat er door de VvE is gewaarborgd dat bewoners en bezoekers niet meer in beeld worden gebracht dan noodzakelijk is. Daarnaast heeft de VvE een privacyreglement opgesteld en maatregelen getroffen om de ongewenste gevolgen van cameratoezicht zoveel mogelijk te beperken. Ook worden voorbijgangers geïnformeerd over het cameratoezicht. De rechtbank is van oordeel dat de waarborgen die de VvE geeft getroffen de bescherming van de privacy van eiseres afdoende is gewaarborgd.

Naar het oordeel van de rechtbank mocht de AP het belang van de VvE om de gemeenschappelijke eigendommen en die van de bewoners te beveiligen en zo nodig onderbouwd aangifte te kunnen doen, zwaarder laten wegen dan het belang van eiseres op bescherming van haar privacy. 

De eiseres in deze zaak, de bewoonster, wordt in het ongelijk gesteld.

Cameratoezicht door de VvE: hoe werkt dat nu eigenlijk?

Camera toezicht door VvE’s wordt veelvuldig toegepast. Vaak om overlast tegen te gaan, en gemeenschappelijke ruimten en zaken te beschermen. Op grond van de AVG dient er hiervoor uiteraard wel een grondslag te zijn. Voor het cameratoezicht kan de VvE mogelijk de grondslag “noodzakelijk voor de behartiging van een gerechtvaardigd belang” gebruiken. Dit kun je ook terugvinden op de site van de Autoriteit Persoonsgegevens. Of de VvE van deze grondslag gebruik kan maken hangt af van de vraag of er aan de voorwaarden voor het gerechtvaardigde belang wordt gedaan. Kort weergegeven noemt de AP de volgende drie punten. Deze punten zie je ook mooi terugkomen in de rechtszaak die ik in dit artikel behandel:

1. Heeft de VvE daadwerkelijk een gerechtvaardigd belang? Zoals eigendommen of personen beschermen, omdat er bijvoorbeeld veel wordt ingebroken in het het appartementsgebouw.

2. Het cameratoezicht is noodzakelijk. Noodzakelijkheid bestaat uit twee vereisten. Ten eerste moet het doel van het cameratoezicht in verhouding staan tot de inbreuk op de privacy van de bewoners en bezoekers. Ten tweede moet VvE onderzoeken of er geen andere mogelijkheid is om het doel te bereiken, die minder ingrijpend is voor de privacy.

3. De VvE heeft een afweging gemaakt tussen het belang van het cameratoezicht en het privacybelang van de mensen die worden gefilmd.

Over dit onderwerp, de “Installatie van een videobewakingssysteem in de gemeenschappelijke ruimten van een voor bewoning bestemd gebouw” zijn in 2019 prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Justitie van de Europese Unie. Het Hof heeft in deze uitspraak uitleg gegeven hoe de AVG moet worden toegepast in relatie tot dit onderwerp.

Wanneer het doel van het cameratoezicht is om de veiligheid en de bescherming van personen en goederen te waarborgen, dan kan het zijn toegestaan mits het cameratoezicht ook noodzakelijk is en er geen minder ingrijpend alternatief is. Daarmee ben je er nog niet. Je dient er als VvE ook voor te zorgen dat de inbreuk op de privacy van personen zo klein mogelijk is. Verder dien je ervoor te zorgen dat het cameratoezicht ook bekend is, bijvoorbeeld door bordjes ter attentie op te hangen. De camera’s mogen de openbare weg niet filmen maar (zeker) ook niet in woningen. Ook mogen de beelden niet langer worden bewaard dan noodzakelijk is. Het verdient uiteraard aanbeveling dat de VvE het cameratoezicht meeneemt in het privacyreglement of -policy.

Vragen over Privacykwesties?

Heb je nog vragen over dit onderwerp of over het privacyrecht in het algemeen, neemt dan gerust contact op of lees andere artikelen over dit onderwerp.